maandag 7 mei 2012

dichtbij, dichterbij, zuignapje...

Het is midden op de dag. Ik lig in het logeerbed bij mijn schoonouders op vakantie. Tegen mijn rug duwt een klein kinderbipsje. Tegen mijn buik ligt een ander kindje geplakt. Haar hoofd ligt in mijn hand, haar neus tegen mijn pols aan. "daar ruikt het zo lekker naar jou mamma." Een middagdutje doen oké, maar dan wel samen met mamma!

Sinds er een lief klein jongetje is overleden, zijn mijn dochters verandert in zuignapjes. Ze willen niet naar school, want dan is mamma er niet. Ze willen niet naar zwemles, want dan is mamma er niet. Ze kunnen moeilijk in hun eigen bed blijven, want dan zijn ze zo alleen.

En ik vind het zelf ook moeilijk. Het liefste houd ik ze bij mij. Het liefste neem ik ze overal mee naar toe. En ik weet dat dat ook niet helpt. Maar het is een oergevoel denk ik.

Het voelen van leven, het telkens opnieuw ervaren dat mijn kinderen er zijn. Het is misschien uit een soort angst, maar in elk geval hebben we allemaal die enorme behoefte. Naar knuffelen, naar samen-zijn.

En vanuit die veiligheid van bij-mamma-zijn komen de vragen. Moeilijke vragen. Vragen waar je eigenlijk niet over na wil denken. Vragen over leven, over dood. Vragen over dat het zomaar kan he mamma?

Ik houd hen vast. Ik knuffel hen. Ik ben er voor hen. Maar op sommige vragen kan ik geen antwoord geven. Op sommige vragen wil ik het antwoord niet eens weten.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten